Kosten van het kopen van een huis

Kosten koper zijn de kosten die de koper betaalt om de woning op zijn naam te krijgen. Deze kosten zitten niet bij de koopsom in, maar komen bij de totale kosten van de hypotheekaanvraag. De volgende kosten vallen onder de kosten koper:

• Notariskosten: Deze kosten zijn voor de hypotheek- en leveringsakte.
• Overdrachtsbelasting: Iedereen die een bestaande woning koopt, betaalt 2% overdrachtsbelasting.
• Kadastrale rechten: Hiervoor moet het Kadaster worden gewijzigd en daar betaal jij als koper voor. Deze kosten worden door de notaris in rekening gebracht. De hypotheekakte wordt in het Kadaster opgenomen

De kosten koper zijn gemiddeld 2 tot 4 procent van de koopsom. Hoe hoog deze kosten precies zijn, hangt af van de woningwaarde en de tarieven van de notaris. In het jaar dat je de woning koopt kan je de volgende kosten eenmalig aftrekken van de belasting:

• Kosten voor de notaris voor de hypotheekakte en kadastrale rechten;
• Taxatiekosten;
• Advieskosten
• Afsluit- of bemiddelingskosten;
• Kosten NHG;
• Bouwtechnische keuring;
• Uitstelrente en bereidstellingsprovisie.

Als je een hypotheek afsluit dan blijft het vaak niet bij kosten koper. Veel huizenkopers krijgen met één of meer van de onderstaande uitgaven te maken:

• Taxatiekosten: Voordat je een hypotheek kan aanvragen moet de waarde van de woning getaxeerd worden. Kosten van een taxatie zijn ongeveer 450 euro. Het moet een gevalideerd taxatierapport zijn. Je kan dit ook via ons regelen.
• Makelaarskosten: Bij een aankoop van een woning schakelen veel mensen een makelaar in. Deze makelaar maakt natuurlijk kosten. Meestal ontvangt de makelaar een bepaald percentage van de aankoopsom van de woning als vergoeding.
• Bouwkundige keuring: Dit is wanneer de kopers een onafhankelijk bureau inschakelen om de bouwtechnische staat van de woning vast te stellen. Zo komen zij niet voor onverwachte kosten te staan.
• Advieskosten: Je betaalt advieskosten aan de adviseur. Als je je hypotheek Execution-Only afsluit, kan je besparen op deze kosten.
• Afsluitkosten: Je betaalt afsluit- of bemiddelingskosten voor het afsluiten van de hypotheek.
• Bankgarantie: De verkoper vraagt vaak om een garantie van 10% op de aankoopsom. Als je het geld niet hebt dan kan je bij de bank om een bankgarantie vragen. De bank betaalt de bankgarantie uit op het moment dat de koop niet door gaat en de ontbindende voorwaarden zijn verstreken. Je hebt dan een schuld bij de bank ter hoogte van het bedrag van de bankgarantie. Over het algemeen bedragen de kosten voor de bankgarantie 1% van het garantiebedrag.
• Nationale Hypotheekgarantie: Sommige hypotheken kan je in combinatie met Nationale Hypotheek Garantie afsluiten. Een hypotheek met NHG heeft als voordeel dat een eventuele restschuld bij gedwongen verkoop wordt kwijtgescholden. Daarnaast betaal je doorgaans een lagere rente. Het afsluiten van een NHG kost meestal 0,9% van de koopsom.
• Bereidstellingprovisie: Hypotheekoffertes hebben een bepaalde geldigheidstermijn. Voor het verlengen van de hypotheekofferte brengen sommige geldverstrekkers bereidstellingsprovisie in rekening. Vaak kost dit 0,25% van het hypotheekbedrag.
• Afkoopsom erfpacht: In sommige delen van Nederland staan woningen op erfpachtgrond. Deze moet je in veel gevallen afkopen. Je kan de erfpacht maandelijkse of eenmalig eeuwigdurend afkopen .